1 juli 2025 | In 2015 kreeg de Nederlandse recyclewereld voor afgedankte elektrische apparaten te maken met een ingrijpende Europese kwaliteitsnorm: WEEELABEX. De implementatie ging niet zonder slag of stoot. Reparatieafdelingen sloten, kleine bedrijven verdwenen, de keten stond op z’n kop. Maar inmiddels bewijzen Stichting OPEN, Stichting Kringloop Zwolle en Road2Work dat door samenwerking de keten sterker is dan ooit. Wat waren de effecten, wat is bereikt en waar kan nog aan gewerkt worden?
WEEELABEX (Waste Electric and Electronic Equipment Label of Excellence) is een initiatief van Europese inzamelorganisaties, verenigd in het WEEE Forum. Het plan: een minimumkwaliteit vastleggen voor de hele keten van inzameling, transport, opslag, verwerking en hergebruik van elektronisch afval. Het principe is glashelder: zorg dat elk apparaat dat de afvalfase bereikt, verantwoord, veilig en volledig traceerbaar wordt verwerkt. Het doel: zoveel mogelijk grondstoffen herwinnen, milieuschade minimaliseren, illegale export stoppen en fraude tegengaan. Coen Teeuw, netwerkcoördinator Stichting OPEN: ‘Voorheen was er veel te veel ruimte voor “wildstromen”. Kabels werden van apparaten gesloopt en illegaal verbrand om het koper eruit te halen, koelkasten lekten schadelijke vloeistoffen, noem maar op. Met WEEELABEX was die tijd voorbij. Daarmee voorkomen we dat hoogwaardige materialen apart worden gelegd, en dat de rommel door het standaardsysteem gaat of in het milieu terechtkomt. Elke kilo moet nu traceerbaar zijn en netjes verwerkt worden door een gecertificeerd bedrijf. Zo heeft iedereen in de keten er baat bij en kan ook het recyclingspercentage veel beter worden gemonitord.’ Nederland liep voorop: als eerste EU-land werd WEEELABEX er op 1 juli 2015 verplicht, vastgelegd in de Regeling AEEA (Afgedankte Elektrische en Elektronische Apparatuur). In 2018 werden de richtlijnen omgezet in de Europese CENELEC EN 50625-serie.
De eerste hobbel: repareerverbod en onzekerheid
De schok voor de recyclewereld was tien jaar geleden groot. Jarenlang waren reparatie en hergebruik een belangrijk onderdeel van het werk. Plotseling mocht dat niet meer op de vertrouwde manier. Er was ook onbegrip. Waarom mochten bijvoorbeeld Repair Cafés wel gewoon doorgaan met repareren? Wilma Voortman, directeur/bestuurder van de Stichting Kringloop Zwolle/Noggus&Noggus: ‘We moesten stoppen met van twee apparaten één maken. Zelfs simpele dingen mochten niet meer, zoals een tweedehands cuphouder plaatsen in een Senseo-apparaat, of een groentelade in een koelkast. De Inspectie kwam langs, zag dat we onderdelen bewaarden, en we moesten alles wegdoen. Dat deed pijn en het was heel moeilijk aan onze medewerkers uit te leggen. Het raakte onze kern: repareren zit in ons DNA.’ De regels waren duidelijk: een apparaat dat van eigenaar verandert of de afvalfase bereikt, mag niet zonder meer uit elkaar gehaald worden om een ander apparaat op te lappen. De angst was dat waardevolle componenten op onveilige, milieubelastende en soms illegale manier verzameld werden en de rest als ‘waardeloos’ werd verwerkt. Het doel van WEEELABEX was helder, maar de praktische uitvoering was in het begin soms star: ook de ILT-toezichthouders (Inspectie Leefomgeving en Transport) moesten in hun veranderde rol groeien. Kees van der Heide, projectmanager van Road2Work: ‘Inmiddels worden de regels een stuk effectiever toegepast. Het gaat niet om de groentelades en de magnetronschalen. Het gaat om de hoofdfunctie van het apparaat.’
Certificering: geen papieren vinkje
Voor bedrijven is het behalen en behouden van de WEEELABEX-certificering geen formaliteit. Het raakt alle aspecten van de bedrijfsvoering. Kees: ‘Een WEEELABEX-audit gaat van A tot Z: verzekeringen, huisvesting, hoe je personeel is opgeleid, hoe je opslag eruitziet, wat je administratief vastlegt. Elke kilo moet van binnenkomst tot eindstation traceerbaar zijn. Eens in de twee jaar moet je in een batchproef bewijzen dat je recyclingresultaten kloppen. Dat is serieus werk.’ Accountmanager Joost Schalk van Road2Work: ‘De eerste keer was pittig. En de tweede ook. Inmiddels weten we precies wat er nodig is. Maar voor een kleine ondernemer is het een enorme klus. Het is meer dan een sticker op de deur: je moet aantonen dat je je processen volledig op orde hebt. Daarom delen we onze kennis waar mogelijk en helpen we kleine organisaties verder.’ Road2Work was in 2015 één van de eerste, handmatig werkende bedrijven die het certificaat behaalde. ‘Wij waren altijd al gefocust op kwaliteit, maar de norm dwong iedereen hetzelfde te doen. Daardoor verdwenen oneerlijke concurrenten. Het was pittig, maar het heeft de markt eerlijker gemaakt.’ Inmiddels zijn 137 bedrijven in Nederland gecertificeerd.
De doorbraak: ieder zijn rol, samen één keten
De nieuwe uitdagingen dwongen bedrijven en organisaties tot samenwerken. Zo ontstond een fijnmazige keten waarin iedereen zijn expertise inzet: producenten en importeurs zijn medeverantwoordelijk voor de inzameling en verwerking, vastgelegd in het besluit Uitgebreide Producentverantwoordelijkheid AEEA, en moeten voldoen aan de WEEELABEX-normen, net zoals andere bedrijven en organisaties in de keten. Ze rapporteren over de verwerkte hoeveelheden in het Nationaal (W)EEE Register. Stichting OPEN voert de producentverantwoordelijkheid uit, regisseert, organiseert, monitort de inzameling, bewaakt de wettelijke inzameldoelstelling en werkt samen met gemeenten, retailers en kringloopbedrijven. Ook zorgt de stichting onder haar merknaam Wecycle voor marketing, communicatie en bewustwording in de samenleving. Bedrijven zoals sociale onderneming Road2Work demonteren en sorteren, en repareren waar mogelijk, met extra aandacht voor de sociale component: het werk biedt mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt waar mogelijk een opstap naar regulier werk. De kringloopwinkels zamelen elektrische apparaten in. Goede producten worden na getest te zijn direct verkocht; reststromen gaan naar gecertificeerde verwerkers. De consument levert steeds meer in, in plaats van dat ze gebruikte apparaten bij het afval gooien. De bewustwording en hun vertrouwen in het proces groeit.
WEEELABEX wèrkt en wil vooruit
Tien jaar geleden betekende WEEELABEX een harde breuk met het oude systeem. Nu is het de ruggengraat van een keten die samenwerkt, innoveert, hergebruik stimuleert en het milieu beschermt. Het systeem bewijst dat strikte regels, slimme samenwerking en sociale impact hand in hand kunnen gaan. Nederland geldt dan ook internationaal als voorbeeld: een fijnmazig netwerk, transparant, gecontroleerd en steeds innovatiever. Coen, Joost, Kees en Wilma zijn het erover eens: ‘De wet kan niet alles regelen. Onontbeerlijk zijn goede afspraken in de keten. Als je met elkaar zegt: dit bedrijf demonteert, dat bedrijf repareert, en dat bedrijf verkoopt, kan je binnen de regels veel meer bereiken, op een veel professioneler en veiliger manier.’ In de wijde regio Zwolle, waar Circulair Ambachtsnetwerk WaardeRing actief is en de lijntjes heel kort zijn, werkt de keten voorspoedig, effectief en sociaal. Mooi gevolg: de stichtingen Kringloop Zwolle en Noggus&Noggus verkopen sinds december 2024 door Road2Work gerepareerd witgoed en inmiddels is ook de samenwerking gezocht met de kringloopbedrijven in Kampen en Steenwijk. De samenwerking werkt als katalysator. Gerepareerde wasmachines gaan met garantie van de producenten de winkel in: consumenten kopen A-merken voor een B-prijs. Wilma: ‘Uiteindelijk draait het om vertrouwen. Klanten weten dat ze een goed apparaat krijgen, dat door professionals is nagekeken.’
Perfectionering
Het gaat goed, maar de keten staat niet stil en blijft door ontwikkelen. De betrokken ketenpartners zien een aantal punten waarop de uitvoering verbeterd of geperfectioneerd kan worden:
- Lagere drempels en subsidie voor certificering
Kleine spelers hebben vaak te weinig middelen om de certificeringskosten en vergunningstrajecten te dragen. Een subsidie kan hen helpen aansluiten. Coen: ‘Wij hebben een subsidieregeling voor WEEELABEX, omdat we zien dat certificeringskosten soms stevig zijn. Het zou wat mij betreft heel mooi zijn als we die wat naar beneden kunnen brengen: dat je dezelfde standaard houdt, maar dat je iets meer ruimte biedt voor nieuwe instromers.’ - Minder bureaucratie
Het vergunningenstelsel is tijdrovend en complex. Simpeler procedures kunnen nieuwe initiatieven sneller van de grond helpen. Kees: ‘Qua regelgeving ben ik gewoon heel blij met WEEELABEX. In het verleden hebben we veel last gehad van bedrijven die op een andere manier werkten dan wij. Daar hebben we nu niet noemenswaardig meer last van. Maar een punt van aandacht zou wat mij betreft wel het stroperige en langdradige vergunningenstelsel zijn. Om een WEEELABEX-certificering te krijgen, moet je een omgevingsvergunning hebben, terwijl je een aantal jaren geleden al met een Activiteitenbesluit Milieubeheer kon starten. Kijk, als je handmatig verwerkt, gaat eigenlijk niets stuk: je gaat niet met een machine op een accu staan te rammen. En je weet ook heel snel dat je niet mag knippen bij de compressorpot van die koelkast. Dat zijn eenvoudige, makkelijk te controleerbare zaken. Daar hoeft niet zo moeilijk over gedaan worden.’ - Europa moet gelijktrekken
Buiten Nederland is de certificering vaak niet wettelijk verplicht. Dat schept oneerlijke concurrentie. Een Europese norm met dezelfde afdwingbaarheid zou een groot verschil maken. Joost: ‘Elk land zou dezelfde norm moeten hanteren. Het concurrentiebeding in Nederland is gelijk getrokken, maar we hebben nog wel last van het buitenland. Als wij materialen naar het buitenland verkopen, kunnen ze het voor de helft van de kosten verwerken als hier in Nederland. De centrale norm moet over heel Europa gehanteerd worden.’ - Beter productontwerp
Fabrikanten moeten apparaten zó ontwerpen dat onderdelen makkelijk te vervangen zijn. Dat verlengt de levensduur en vergroot de kans op hergebruik. Wilma: ‘Het zou een uitkomst kunnen zijn dat de producent met de ervaring die Road2Work met repareren heeft, de machines beter gaat ontwerpen. Een ontwerper van elektrische apparatuur vertelde me eens dat het interessant voor hen is om te weten waar de problemen liggen.’ Kees: ‘Het ontwerp moet inderdaad in dienst staan van de repareerbaarheid. Daarmee kun je de levenscyclus van een apparaat verlengen.’ - Kennisdeling, communicatie en bewustwording
Een heldere uitleg over de keten versterkt draagvlak en motivatie om samen te werken en in te leveren. Wilma: ‘Ik denk dat veel consumenten nog steeds denken dat ze bij de milieustraat alles op één hoop gooien. Ze moeten meer van het hele proces weten. Dat als ze het naar de inzamelpunten brengen, het goed gerecycled wordt en ook weten op welke manier dat gebeurt. Ik denk dat mensen nu nog onvoldoende goed weten welke mooie dingen we aan het doen zijn, waardoor er nog te veel materialen verdwijnen in de verbrandingsoven. Daarom is het ook heel mooi dat die wasmachines hier in de kringloop te koop staan. Ze zien dat die wasmachine een loop maakt en weer terugkomt.’ Coen: ‘Daarom heeft Wecycle ook zoveel campagnes lopen: ‘Doe maar apart.nl‘ - Meer productgroepen
De keten wil méér productcategorieën refurbishen. Wilma: ‘Nog betere scheiding op de milieustraat zou helpen. We hebben daar met Stichting OPEN een proef gedaan met het testen van apparatuur en dat leverde veel extra apparaten op.’ Coen: op ons kennisplatform circulairekennis.nl worden de mogelijkheden tot refurbishment van audio, stofzuigers en koffiezetapparaten besproken. Maar niet alleen de restwaarde is een criterium. De verkoopprijs is belangrijk, de reparatiekosten moeten betaald worden. Onderdelen moeten beschikbaar zijn. Het apparaat moet demonteerbaar zijn. Het moet snel genoeg kunnen. En de doorloop moet ook snel genoeg zijn. Het blijkt dan dat een groot deel toch afvalt omdat ze er niet voor ontworpen zijn of omdat de onderdelen inferieur zijn of om andere redenen niet goed te repareren zijn. Dat zijn best interessante onderzoeken.’ - Reparatieonderwijs en vakmanschap
Het vak Reparatie moet een plek in het onderwijs krijgen. Joost: ‘Wij werken nu met een oud-medewerker van een witgoedproducent die bekend is met de grotere witgoedmerken. Hij leidt intern onze medewerkers op, maar het zou beter zijn wanneer reparatie als vak in het onderwijs wordt opgenomen.’ Wilma: ‘Inderdaad. Repareren is inmiddels in het mbo-curriculum opgenomen, in het vmbo zijn ze ermee bezig. Als je doorlopende leerlijnen kunt maken en je koppelt stagiairs aan Road2Work, kunnen ze het in de praktijk leren. Het opleiden van nieuwe reparateurs zorgt ervoor dat nog meer materialen uiteindelijk weer een tweede leven kunnen krijgen. Het is belangrijk dat we de jongeren meenemen in het vak.’
Niets is onmogelijk
WEEELABEX werkt, daar zijn de ketenpartners het over eens. Joost: ‘Ik denk dat de samenwerking zoals we die nu hebben, precies het idee was van WEEELABEX. Iedereen doet waar hij goed in is, we hebben een mooie afzet van goede producten, iedereen houdt er wat aan over volgens mij en het milieu en de sociale sector hebben er veel baat bij. Mijn advies aan betrokken partijen? Probeer het niet allemaal zelf te doen, maar zoek de samenwerking op. Dan is niets onmogelijk.’
De cijfers
Uitgelicht
Nederland:
Hoogste recyclingrendement in de EU; 99% nuttige toepassing gemeld. WEEELABEX sinds 2015 verplicht, vervangen door CENELEC in 2020.
Duitsland:
Groot volume, maar recyclingdoelstelling van 85% nog niet gehaald. Geen expliciete wettelijke verplichting, maar veel bedrijven hanteren CENELEC vrijwillig.
Frankrijk:
Sterk netwerk van eco-organisaties; focus op hergebruik en educatie. Hebben nationale wetgeving die verplichte naleving van CENELEC voorschrijft.
Tsjechië:
(Waar de WEEELABEX-organisatie is gevestigd) Goede prestaties t.o.v. bevolkingsomvang; groeiende infrastructuur. Sinds 2021 wettelijk verplicht om alle WEEE-verwerkingsfaciliteiten te certificeren volgens CENELEC.
België:
CENELEC wordt aanbevolen, maar niet wettelijk verplicht.
Verenigd Koninkrijk:
Geen verplichte naleving van CENELEC na Brexit.
Noorwegen, Zwitserland:
Geen directe verplichting, maar wel sterke regulering van e-waste.
Bulgarije, Roemenië en andere Oost-Europese landen:
Minder strikte handhaving, waardoor veel e-waste in het informele circuit belandt.
Bronnen:
https://www.afvalgids.nl/wecycle-zamelt-110-miljoen-kilo-e-waste/
https://www.road2work.info/over-ons/resultaten/
https://www.kringloopzwolle.nl/wp-content/uploads/2024/06/Corporate-Jaarverslag-2023-def-1.pdf
https://deutsche-recycling.com/blog/overview-of-electronic-waste-disposal-in-europe/
https://www.eea.europa.eu/data-and-maps/data/external/recycling-rate-of-e-waste-cei_wm050
https://www.itu.int/en/ITU-D/Environment/Pages/Publications/The-Global-E-waste-Monitor-2024.aspx
https://www.eea.europa.eu/en/analysis/indicators/waste-recycling-in-europe/recycling-rates-in-europe